De laatste jaren horen we steeds vaker over ADHD-diagnoses. Waar het vroeger werd gezien als iets dat vooral bij jonge, drukke jongetjes voorkwam, blijkt nu dat ADHD veel breder voorkomt. En dat roept vragen op: hebben nu echt zoveel meer mensen ADHD, of spelen er andere factoren mee?
De cijfers liegen er niet om. In Vlaanderen nam het gebruik van ADHD-medicatie bij jongeren tussen 6 en 17 jaar met maar liefst 20% toe tussen 2013 en 2022. Bij meisjes was de stijging zelfs opvallend groot. In andere landen, zoals Zweden en de VS, zien we soortgelijke trends. Maar hoe komt dat? Hier zijn acht redenen waarom ADHD-diagnoses de afgelopen jaren zo zijn toegenomen.
1. Meerdere diagnoses per persoon
Vroeger kreeg je vaak één label en daar moest je het mee doen. ADHD én autisme? Dat ging niet samen. Nu is het juist standaard om meerdere diagnoses te geven als dat helpt om iemands situatie beter te begrijpen.
2. Meer kennis bij professionals
Artsen en therapeuten weten vandaag veel meer over ADHD. Dat betekent dat het sneller wordt herkend, ook in groepen die vroeger vaak werden overgeslagen, zoals meisjes, vrouwen en volwassenen.
3. Minder stigma
Een ADHD-diagnose wordt tegenwoordig veel minder gezien als “een probleem”. Mensen durven hulp te zoeken zonder zich ervoor te schamen. Het wordt steeds meer als een onderdeel van iemands identiteit geaccepteerd.
4. Hogere eisen van de maatschappij
De wereld om ons heen wordt sneller en ingewikkelder. Iedereen moet multitasken, plannen en deadlines halen. Voor mensen met een zwakkere concentratie of minder goede zelfregulatie zijn deze eisen extra zwaar, wat vaak tot een ADHD-diagnose leidt.
5. Grotere prestatiedruk
We verwachten steeds meer van onszelf en van anderen. Als iemand niet mee kan, zoeken we sneller naar een oorzaak – zoals ADHD. Dit komt ook door de “hoge standaard” van wat als normaal functioneren wordt gezien.
6. Veranderingen in het onderwijs
Het onderwijs is flink veranderd: meer zelfstudie, digitalisering en groepsopdrachten. Dit vraagt veel van leerlingen. Voor sommigen met ADHD-kenmerken wordt het hierdoor moeilijker om mee te komen, wat vaak leidt tot doorverwijzing.
7. Toegankelijkere diagnostiek
In veel landen, ook België, zijn er politieke inspanningen gedaan om het makkelijker te maken om getest te worden op ADHD. Dat betekent minder wachttijden en meer mensen die hulp zoeken – en dus meer diagnoses.
8. Diagnose als toegang tot hulp
In onze samenleving geldt vaak: geen diagnose, geen hulp. Mensen die ondersteuning nodig hebben, zoals begeleiding op school of toegang tot hulpmiddelen, zoeken daarom vaker een officiële diagnose. Professionals zijn hierdoor eerder geneigd een diagnose te stellen, zelfs als iemand niet helemaal aan de criteria voldoet.
Waarom zoveel studenten zich plots ‘sociaal uitgeput’ voelen
Iedereen kent het: je bent nog maar net klaar met les, en iemand vraagt “kom je mee naar de Overpoort vanavond?”… en je lichaam schreeuwt nee. Niet omdat je geen zin hebt in je vrienden, maar omdat je hoofd aanvoelt alsof het net drie groepswerken, twee familiefeesten en een ongevraagd kotbezoek tegelijk heeft overleefd.
Het constante “aanstaan” breekt je af
Tussen volle aula’s, kotgenoten die altijd binnenwippen, werkgroepen die alleen op jouw schouders lijken te hangen en sociale verplichtingen waar je eigenlijk geen energie voor hebt… je brein krijgt amper rust. Je moet lachen, praten, smalltalken, presteren, en dat elke dag opnieuw.
De druk om ‘gezellig mee te doen’ is hoger dan ooit
Studenten zeggen steeds vaker dat ze bas zijn om saai of “anti-sociaal” over te komen als ze een avond overslaan. Daardoor pushen veel jongeren zichzelf om toch maar mee te gaan. Resultaat: je tank geraakt leeg nog voor het weekend begint.
Smartphone = ook sociaal contact
Zelfs als je alleen op je kot zit, ben je eigenlijk nooit alleen. Groepschats, DM’s, memes, verplicht reageren op reels van vrienden… je hersenen blijven in sociale modus hangen. Rust krijgen we dus bijna niet meer.
Het is oké om even op pauze te duwen
Sociale uitputting is niet het signaal dat je “een slechte vriend” bent. Het betekent dat je systeem vol zit. Een dagje off-grid, een avond alleen serie kijken of gewoon niemand spreken, kan net maken dat je er daarna weer wél echt bij bent.
Dit zijn de vijf dingen die mannen nodig hebben voor een ‘normale’ erectie
Erectieproblemen klinken misschien als iets voor “later”, maar nope, het kan eigenlijk op elke leeftijd gebeuren. En spoiler: het ligt bijna nooit aan je partner of hoe aantrekkelijk je iemand vindt.
Een ‘normale’ erectie vraagt namelijk samenwerking tussen vijf dingen: je brein, hormonen, zenuwen, bloedvaten en spieren. Als één van die schakels verstoord raakt, kan dat al voor problemen zorgen.
Volgens urologen Justin Houman en Jay Amin spelen vooral bloedcirculatie en zenuwfunctie een grote rol. Slechte bloeddoorstroming door roken, hoge cholesterol of te weinig beweging is een veelvoorkomende boosdoener. Ook diabetes, overgewicht of medicatie kunnen roet in het eten gooien.
Daarnaast kan stress of prestatiedruk de situatie verergeren. “Veel mannen denken dat het ligt aan een gebrek aan aantrekking, maar dat is zelden zo,” zegt Houman. “Het gaat meestal om een medisch of mentaal probleem.”
De oplossing? Vaak begint het met simpele lifestyle-aanpassingen: beter slapen, minder alcohol, stoppen met roken en regelmatig sporten. Bij aanhoudende klachten is het slim om langs te gaan bij een huisarts of uroloog, want erectieproblemen kunnen ook een waarschuwing zijn voor hartproblemen.
En misschien wel het belangrijkste: praten helpt. Onderzoek toont dat mannen die open communiceren met hun partner minder last hebben van erectieproblemen of er sneller van herstellen.
Ontdek meer
Celebrate with us!
Deze celebs verjaren binnenkort!
- 20/11 Joe Biden
- 20/11 Fabrizio Tzinaridis
- 21/11 Hanna Mensink
- 21/11 Russo
- 21/11 Carly Rae Jepsen