Een eerste date is al stresserend genoeg: je outfit moet on point zijn, je hoopt dat die ander er niet té anders uitziet dan op hun profiel, en je probeert jezelf niet te hard te verkopen. Maar zelfs als alles goed zit, kan je met de verkeerde vraag die hele avond om zeep helpen.
Zes ‘onschuldige’ vragen die je beter niét stelt op een eerste date
Seks- en relatietherapeute Alexa Johnston deelde met The Sun een paar ‘onschuldige’ vragen die je date meteen doen afhaken. Ze lijken misschien harmless, maar zorgen vaak voor ongemakkelijke stiltes, defensieve reacties of zelfs... een ghosting.
Hier zijn de zes grootste conversation killers die je best vermijdt bij die eerste ontmoeting:
1. “Hoe komt het dat jij nog single bent?”
Klinkt alsof je wil zeggen: “Wat scheelt er met jou?” Deze vraag zet meteen een verdedigende toon. Alsof single zijn iets is wat uitgelegd of goedgepraat moet worden. Niet zo charmant. Beter: vraag naar hun favoriete series, hobby’s of wat hen echt enthousiast maakt.
2. “Heb je iets laten doen?”
Of het nu over lipfillers, een neuscorrectie of iets anders gaat: dit is géén onderwerp voor bij de eerste cocktail. Je date voelt zich er al snel op beoordeeld, en dat is allesbehalve chill. Beter: geef een oprecht compliment als “Je ziet er echt goed uit vanavond.” Simpel, positief, klaar.
3. “Wat verdien je eigenlijk?”
Tenzij je date zijn loonfiche spontaan bovenhaalt (spoiler: dat gebeurt nooit), blijf je hier beter van weg. Deze vraag komt snel over als oppervlakkig of zelfs hebberig. Beter: vraag wat ze graag doen in hun job.
4. “Ben ik knapper dan je ex?”
Awkward alert. Waarom zou je de ex erbij sleuren tijdens jullie eerste ontmoeting? Je duwt je date in een hoekje waarin ze altijd het foute antwoord geven. Beter: focus op jullie gesprek, jullie klik, en laat het verleden waar het hoort: in het verleden.
5. “Wat is je body count?”
Wie iemand écht wil leren kennen, begint niet met hun seksueel verleden te analyseren. Deze vraag voelt snel als een test of oordeel, en dat creëert instant afstand. Beter: toon oprechte interesse in wie ze zijn, niet in wat ze deden voor ze jou leerden kennen.
6. “Hoeveel kinderen wil je – en wanneer gaan we eraan beginnen?”
Rustig, het is nog maar date één. Zo’n toekomstvragen kunnen nogal heftig binnenkomen. Je date is niet op sollicitatie voor ‘de vader/moeder van je kinderen’. Beter: houd het luchtig en ontdek eerst of jullie überhaupt een tweede date willen.
Conclusie?
Een goeie eerste date draait niet om de grote levensvragen of een diepgaande audit van iemands verleden. Hou het chill, stel vragen die je date doen glimlachen in plaats van zweten, en bewaar de ‘serieuze babbels’ voor later.
Zo herken je gaslighting (en zo ga je ermee om)
Gaslighting is wanneer iemand je zo laat twijfelen aan jezelf dat je je eigen gevoel niet meer vertrouwt. Dat kan in een relatie, maar evengoed met een situationship, scharrel of vriend(in). Denk aan dingen als: “Doe niet zo dramatisch, dat heb ik nooit gezegd” terwijl jij je die discussie wél herinnert, of: “Je verzint problemen die er niet zijn” wanneer je gewoon iets wil uitklaren.
Zo kan je het herkennen: je voelt je na gesprekken vaak schuldig, je zegt constant “sorry” terwijl je niet goed weet waarom, of je vraagt aan vriend(inn)en: “Ben ik nu echt zo raar?”
En zo kan je ermee omgaan:
- Herken de signalen. Als je je constant schuldig voelt, “gek” wordt genoemd of alles in vraag stelt, is dat een red flag.
- Check bij jezelf: als iets niet oké voelt, is dat meestal niet random.
- Reality check met een vriend(in): vertel wat er gebeurt en vraag hoe het overkomt.
- Durf grenzen te trekken: je mag zeggen “hier voel ik mij niet goed bij” en het gesprek stoppen.
- Maak het niet kleiner dan het is: ook in een situationship of “we zien wel”-fase heb je recht op respect.
Kort samengevat: als iemand je constant doet twijfelen aan jezelf, is dat geen “chemie”, maar gewoon niet healthy. En als iets structureel niet goed voelt, mag je er ook gewoon mee kappen. Je bent niet hun therapeut of reddingsboei. Iemand kan alleen veranderen als die dat zélf wil en er ook echt aan werkt.
Jij bent wél verantwoordelijk voor wie je toelaat in je hoofd en in je leven.
Waarom zoveel studenten zich plots ‘sociaal uitgeput’ voelen
Iedereen kent het: je bent nog maar net klaar met les, en iemand vraagt “kom je mee naar de Overpoort vanavond?”… en je lichaam schreeuwt nee. Niet omdat je geen zin hebt in je vrienden, maar omdat je hoofd aanvoelt alsof het net drie groepswerken, twee familiefeesten en een ongevraagd kotbezoek tegelijk heeft overleefd.
Het constante “aanstaan” breekt je af
Tussen volle aula’s, kotgenoten die altijd binnenwippen, werkgroepen die alleen op jouw schouders lijken te hangen en sociale verplichtingen waar je eigenlijk geen energie voor hebt… je brein krijgt amper rust. Je moet lachen, praten, smalltalken, presteren, en dat elke dag opnieuw.
De druk om ‘gezellig mee te doen’ is hoger dan ooit
Studenten zeggen steeds vaker dat ze bas zijn om saai of “anti-sociaal” over te komen als ze een avond overslaan. Daardoor pushen veel jongeren zichzelf om toch maar mee te gaan. Resultaat: je tank geraakt leeg nog voor het weekend begint.
Smartphone = ook sociaal contact
Zelfs als je alleen op je kot zit, ben je eigenlijk nooit alleen. Groepschats, DM’s, memes, verplicht reageren op reels van vrienden… je hersenen blijven in sociale modus hangen. Rust krijgen we dus bijna niet meer.
Het is oké om even op pauze te duwen
Sociale uitputting is niet het signaal dat je “een slechte vriend” bent. Het betekent dat je systeem vol zit. Een dagje off-grid, een avond alleen serie kijken of gewoon niemand spreken, kan net maken dat je er daarna weer wél echt bij bent.
Ontdek meer
Celebrate with us!
Deze celebs verjaren binnenkort!
- 20/11 Joe Biden
- 20/11 Fabrizio Tzinaridis
- 21/11 Hanna Mensink
- 21/11 Russo
- 21/11 Carly Rae Jepsen